Ik stop ermee, ik ga naar huis

door | apr 26, 2020 | Blog | 1 reactie

Koningsdag. Ofwel: woningsdag in de huidige vorm. Hoewel ik deze vorm vreselijk vind, herinnert deze dag mij altijd aan een tijd waarin het nog veel vreselijker was. Een dag in een tijd, waarin ik de meest stomme dingen deed. Maar ook de dag, waarop ik wel wakker werd. Omdat ik me besefte waar ik mee bezig was en voor het eerst een dappere stap nam om mezelf serieus te gaan nemen. Ik kijk nu elk jaar terug op waar ik nu sta en vol trots op wie ik geworden ben vanaf die tijd. Ik ga je even meenemen naar ‘vroeger’. Buckle your seatbelt, ‘cause it ain’t pretty.

En dan komt hier een heel persoonlijk en waargebeurd verhaal.

We zijn in 2002 en ik bevind me op een plek die niet goed voor mij is

Ik bevind mij in een groepje mensen, waarin ik mij als aankomend hulpverlener helemaal uit kan leven. ‘Randgroep-jongeren’ worden ze ook wel genoemd. We zijn in het jaar 2002 en ik ben in het laatste jaar van mijn studie Maatschappelijk Werk en Dienstverlening. Deze jongens en meisjes doen hele andere dingen met hun leven dan ik en dat vind ik maar al te interessant. 

Ik kom ook uit een gebroken gezin

Ze zijn levende casuïstiek die ik ken uit mijn studieboeken, met hun gebroken gezinnen van herkomst en dagelijkse problematiek, en ik voel voor elk van hen dat ik van betekenis kan zijn. Hen kan helpen. Ik voel me verbonden, want ook ik kom uit een gebroken gezin. Met gebeurtenissen die statistisch gezien ook voor mij een hoop problemen hadden kunnen opleveren. 

Maar in mijn geval gebeurde dat niet. En dat wilde ik hen ook laten zien. Dat het een niet logischerwijs hoeft voort te vloeien uit het ander. 

De groep staat bol van de coke

De groep staat bol van de coke (nooit mijn ding geweest, maar weet dat ik al het andere prima kon hebben 🙃) en het is een verregende Koninginnedag. We zitten in een bar, waar bijna niemand is, midden op de Wallen. Mijn vriendje ben ik kwijt. Die staat te zoenen met een ander meisje buiten, kom ik achter. Verward loop ik weer naar binnen. 

Ik kijk eens goed naar de rest van de groep. De een staat hevig met zijn kaken te malen. De ander hangt voor dood in een hoek. Dat blijkt hij niet te zijn overigens, want af en toe hoor ik hem diep zuchten. Gelukkig. 

Ik kijk naar een zielig meisje

Achter hem is een spiegelwand en ik kijk recht in mijn eigen bleke gezicht. Totaal verregend, mascara op half zeven. Wat een zielig meisje staat daar…. 

Wat doe je hier?’, vraag ik in stilte aan mezelf. Er loopt een traan over mijn wang. Ook mijn kaken werken niet lekker mee en ik stel de kritische vraag waar ik nou al een tijdje mee bezig ben. Het antwoord dat je jezelf kunt geven is soms verbluffend. 

‘Je doet stom’

Ja, dat begreep ik. Maar waarom? Ik wilde er graag bij horen. Ik zocht iets wat zij mij niet konden bieden. Vriendschap. Liefde. Ik wilde dat ze mij zagen, leuk vonden. Ik wilde er bij horen.

Dit was geen echte vriendschap of liefde

Maar dit waren geen echte vrienden. Ze haalden niet het beste in mij naar boven, zeg maar. Er zijn een aantal momenten geweest dat ik door het oog van de naald gekropen ben met het nemen van risico’s. Maar ik zag dat niet zo helder. Want ik was op zoek naar vriendschap, liefde. Ik wilde er zo graag bij horen en gezien worden. Ik wilde hen helpen en in plaats daarvan hielp ik mezelf bijna de afgrond in.

Het befaamde vriendje van net heb ik veel te veel van mijzelf gegeven. Ik herinner me nog haarfijn het moment dat ik zijn (imposante zak) drugs verstopte in mijn kleren, terwijl we op een politie-fuik afreden. ‘Geef maar aan mij’, zei ik. ‘Hier vinden ze het niet’

Vraag me niet wat ik dacht. Ik geloof niet dat ik helder kon denken. Maar de verantwoording ligt totaal bij mij. Nergens werd ik iets gevraagd of gedwongen.

Ik had alles voor elkaar en verklootte dat bijna allemaal

Ik zat in het laatste jaar van een HBO-studie. Ik deed het hartstikke goed. Een cijferlijst die through the roof ging. Alles liep, maar toch deed ik stom. Want ik was verliefd. Ik wilde ergens bij horen. En wist niet goed hoe ik op een gezonde manier met een relatie om moest gaan. Ik leek altijd van dat soort types te treffen. Ik leed volgens mij behoorlijk aan het “savior-syndroom”. De hele wereld willen redden. Ten koste van mijzelf.

En dat gaat niet. 

Terwijl in sneltreinvaart de gedachten over elkaar heen buitelen in mijn benevelde brein, kijk ik nog eens diep in de ogen van dat verlopen meisje dat mij aanstaart in de spiegelwand. 

Kom’, zeg ik tegen haar in stilte, ‘Het is genoeg geweest. We gaan naar huis’.

Waarom is dit verhaal voor jou van belang?

Dit verhaal vertel ik je, omdat het toen en daar begon dat ik mijzelf meer serieus begon te nemen. Dat het zaadje geplant werd in mijn hoofd, dat het oké is om weg te lopen van mensen die jou niet voeden. Nodig zelfs! Het is een van de belangrijkste momenten ooit geweest, want ik leerde (door de harde weg) om mijzelf nooit, maar dan ook nooit, meer zó ongezond weg te geven aan iemand. Het heeft mij zeeën van tranen gekost, mijn waardigheid, zelfrespect en ik heb mij meer dan diep geschaamd voor wat ik had laten gebeuren.

Niets is het waard om jezelf helemaal voor weg te geven. Een gezonde, wederkerige relatie is iets dat iedereen verdient. Maar dat vereist wel wat werk.

We gooien het vaak op de andere

We gooien het vaak op de ander, die ‘doet ons van alles aan’. Maar tegelijkertijd mag je de hand in eigen boezem steken, jezelf in de spiegel aankijken en de kritische vraag stellen: wat ben ik nu eigenlijk aan het doen? 

Als je delen van mijn verhaal herkent, dan mag je ook het besluit nemen om jezelf weer mee naar huis te nemen. Terug naar wie jij bent en wat jij nodig hebt. En als je dat niet weet? Ga dat dan ontdekken. Ik gun het jou om terug te kijken met trots en te zien dat je geworden bent wie je wil zijn.

Heeft mijn bericht je geraakt?

Laat hieronder een reactie voor me achter

1 Reactie

  1. Marjon

    Hee Madelon,
    wat een bijzonder verhaal, het doet me heel veel. Als ik voor mezelf spreek heb ik mijn weg en geluk aardig gevonden. Maar mijn zoon is in herstel van wat verslavingen en daarom doet je verhaal me veel, want ik denk nog steeds dat ik er voor hem moet zijn. hij vindt het nog steeds lastig om ‘gewoon’ te leven/zijn.
    Zijn probleem blijft ook mijn probleem, het is moeilijk zo niet onmogelijk om hem los te laten en er niet over te piekeren.
    Dit is vast niet de reactie die je verwacht, maar het is fijn om dit alleen al te kunnen delen.
    Groet,

    Antwoord

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Pin It on Pinterest

Share This