Ik lig heerlijk in de hangmat tussen 2 bomen in de tuin. Het is 24 graden las ik een half uur geleden op mijn weerradar-app en in de zon is het al te heet om te zitten.
Zacht soezend luister ik naar al het vogelgekwetter vanuit mijn paradijselijke plek en merk een ‘mussen-fitty’ op in de struik aan de overkant op. Althans, ik denk dat ze ruzie hebben. Ik versta geen mussisch. Maar dat ze elkaar niet liefkozend tot seks proberen over te halen, dat is duidelijk.
Mijn ogen vallen nog dichter en ik zweef ergens tussen wakker en slaap. Een heerlijke staat van zijn, waarin niets hoeft en niemand kan komen. Een half uur later schrik ik wakker van gekriebel aan mijn been. G*dsamme….
Ik realiseer me dat ik niet wakker geworden ben van de bel die altijd keihard luidt bij het dorpshuis, waar ik naast woon. Vroeger, dienstdoende als kerkje voor de gemeenschap, luidde hier de klok om de mensen op de hoogte te brengen van huwelijken en begrafenissen. Maar het diende ook als tijdsaanduiding voor een tijd, waarin niemand een klokje had.
In 2020 echter heb je de tijd nog net niet in een chip in je hoofd, maar sommigen zouden het nostalgisch noemen dat de klok nog altijd luidt. Ik ben niet zo iemand.
Een aantal jaar geleden, toen ik net in deze boerderij was komen wonen, was de bel stuk. Een jubel ging door het hele gezin. Want deze klok luidt niet zomaar. Nee, het moet elk half uur! Een klein aantal jaren gingen we hier in totale rust door het leven. Totdat er besloten werd om het dure, antieke mechaniek te laten maken. Ik heb nog even overwogen om met een luchtbuks de boel weer uit te knallen, maar ik denk dat ze al snel doorhadden waar het kogeltje vandaan was gekomen.
We gaan even terug naar het hangmat-moment (want ja, er zit echt een point to this story!)
Ik merk op dat ik door het gebom ben heen geslapen. Ik werd wakker van een ieniemienie spinnetje op mijn been (ik háát spinnen en geloof dus ook niet dat ze banger zijn voor mij, want no way dat ik op het been van een spin zou gaan lopen). Dus dat.
Inmiddels ben ik na een paar jaar alweer gewend aan die k*therrie van die klok. Wat op zich fijn is, want eenzijdig kan ik al dat oorgeweld niet veranderen zonder de woede van het dorp op de hals te halen.
Maar toen besefte ik me iets heel belangrijks en dat vind ik nodig om met jou te delen: je went aan pijn en ongemak.
Ja, lees die nog maar eens goed.
Je went aan pijn.
En dat wist ik al, nadat ik letterlijk een paar jaar met heel veel pijn had rondgelopen na bekkeninstabiliteit tijdens de zwangerschap. Ik wist niet hoe ik ervan af moest komen en had mij erbij neergelegd. Totdat iemand mij vertelde dat er een uitweg was.
In coachland zeggen wij dat ook altijd: pas als de pijn echt groot genoeg is, komen mensen in beweging. Maar ik weet uit ervaring dat mensen deze pijn heeeeeel lang kunnen rekken. Totdat het zó groot is, dat ze letterlijk niet meer op die manier verder kunnen leven. Of dat het in sommige gevallen tot grote schade leidt, zowel mentaal als fysiek.
Maar waarom zou je het zover laten komen? Wat nou als ik je vertel dat je er veel eerder vanaf kunt zijn? De meeste mensen die mijn blogs lezen lopen tegen hun werk aan, de toekomst (wat wil ik nou?), eigenwaarde, geen lol meer hebben, nergens voldoening uithalen of zich altijd maar oeverloos aanpassen aan iedereen en daar zo geen zin meer in hebben.
Mijn vraag voor jou is: hoe lang wil jij dit nog laten bestaan? Want je bent er murw (mooi woord) door geslagen. Je bent eraan gewend geraakt. Hoe erg is dat? Ik weet hoe het kan zijn als je besluit dat de ‘pijn’ van jouw probleem genoeg is geweest.
Gun jezelf een ander leven. Eentje, waarin je opstaat met zin in de dag. Waarvan je ’s avonds moe, maar voldaan, in je bed ligt. En waarin je voelt dat je de juiste keuzes aan het maken bent. Helemaal vanuit jezelf. Uit je hoofd zo jouw hart in.
Maar gun jezelf vooral een leven, waarin veel te lachen valt….
0 reacties